Veilig- en gelijkwaardigheid
De meeste mensen willen te vertrouwen zijn. Op die manier willen we gezien, gehoord en begrepen worden. We gaan daarom uit van elkaars goede bedoelingen en kijken met vertrouwen naar elkaar en de kinderen. Ons uitgangspunt is daarbij dat je jezelf mag zijn. Doe je niet anders voor dan wie je werkelijk bent, dan is het goed. En daarmee ben je te vertrouwen. We zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor de opvoeding van de kinderen. Een goede opvoeding richt zich op fundamentele menselijke waarden zoals: liefde, vertrouwen, mededogen, toewijding, verantwoordelijkheid en betrokkenheid in de breedste zin van het woord. Daarom moeten wij, ouders en leerkrachten, duidelijke leiders zijn voor kinderen: wij vertegenwoordigen het gezag van het fatsoen. We laten ons daarbij niet bepalen door angsten, cynisme of ergernis. We zorgen voor een veilige sfeer door grensoverschrijdend gedrag op een nette manier zorgvuldig aan te pakken. Daarin werken we samen met elkaar. We geven het goede voorbeeld.


De kinderen voelen zich veilig als wij het goede voorbeeld geven:
- We gaan respectvol met elkaar om.
- We spreken respectvol over elkaar en de kinderen, ook op sociale media.
- Indien zich een probleem voordoet of als we ons zorgen maken, dan overleggen we met elkaar.
- We zoeken een oplossing die goed is voor alle betrokkenen en die recht doet aan de situatie.
Op Het Mozaïek moet ieder kind zich welkom en veilig voelen. We zorgen voor een sfeer van vertrouwen, waarin verschillen gerespecteerd worden. Of een kind nu stil of juist heel spraakzaam is, van hier of van verder weg komt, bij ons mag iedereen zichzelf zijn. Leerlingen durven te leren, fouten te maken en zichzelf te zijn.
We zijn alert op pesten en sluiten niemand buiten. Met lessen uit bijvoorbeeld de Kanjertraining, gesprekken en duidelijke afspraken leren we kinderen hoe je goed met elkaar omgaat. Gelijke kansen voor ieder kind, dat vinden we vanzelfsprekend. In ons achterhoofd letten we daarbij op de drie pijlers van een professionele schoolcultuur.
- Draagt het bij aan de doelen van de organisatie?
- Het gedrag leidt tot toename van het welbevinden van jezelf.
- Het gedrag leidt ook tot toename van het welbevinden van anderen.
